sloepen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sloe·pen

Zelfstandig naamwoord

de sloepenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord sloep
     Terwijl we voor anker lagen op de rede konden de passagiers aan land gaan door langs een stevige ladder aan de zijkant van het schip af te dalen naar wachtende sloepen die ons naar de kade brachten.[1]

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044632767
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be