slagbeurt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- slag·beurt
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van slag zn en beurt zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | slagbeurt | slagbeurten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- een van de keren dat een sportploeg aan slag is bij honkbal, softbal of cricket en dat deze sportploeg punten kan scoren; de helft van een inning
- Hoe anders was het geweest wanneer TTT het tweede duel in een zege had omgezet. Kansen daarvoor waren er. De Tigers kwamen in de laatste slagbeurt op gelijke hoogte (2-2) en namen in de verlenging een 4-2 voorsprong. De Vogels kwamen in de gelijkmakende beurt alsnog langs. [2]
- Neptunus had zich gisteren voor eigen publiek al kunnen verzekeren van de titel, maar het veld in Rotterdam werd vanwege de regen afgekeurd. Daardoor vond de vijfde wedstrijd uit de serie zondag in Amsterdam plaats. De thuisploeg van coach Charles Urbanus nam al snel een voorsprong van 2-0, maar Neptunus knokte zich terug. De ploeg van Jaarsma boog in de negende inning een achterstand van 4-2 om in een voorsprong van 6-4 en hield daarna stand in de gelijkmakende slagbeurt van Amsterdam. [3]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord slagbeurt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "slagbeurt" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia René Leferink 12-08-17 Tex Town Tigers twee keer onderuit
- ↑ Tubantia 08-10-17 Honkballers Neptunus voor de vijfde keer op rij landskampioen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 95 %
- Prevalentie Vlaanderen 90 %