sinofiel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- si·no·fiel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sinofiel | sinofielen |
verkleinwoord | sinofieltje | sinofieltjes |
Zelfstandig naamwoord
de sinofiel m
- iemand met een voorkeur voor al wat Chinees is
stellend | |
---|---|
onverbogen | sinofiel |
verbogen | sinofiele |
Bijvoeglijk naamwoord
sinofiel
- een voorkeur hebbend voor al wat Chinees is
Gangbaarheid
- Het woord 'sinofiel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.