simoniseren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: simoniseren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- si·mo·ni·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels [1]
Werkwoord
simoniseren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
simoniseren |
simoniseerde |
gesimoniseerd |
zwak -d | volledig |
- (verkeer) een auto in de was zetten
Gangbaarheid
- Het woord simoniseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.