server
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ser·ver
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘netwerkcomputer’ voor het eerst aangetroffen in 1989 [1]
- Leenwoord uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | server | servers |
verkleinwoord | servertje | servertjes |
Zelfstandig naamwoord
server m
- (informatica) een computer die diensten verleent aan andere programma's
- Alle servers in het serverpark waren uitgevallen met als gevolg dat vele webpagina's urenlang niet bereikbaar zijn geweest.
- ▸ De UM werd eind 2019 volledig lamgelegd door criminele hackers. Als gevolg van de aanval met de gijzelsoftware konden studenten, onderzoekers en andere medewerkers dagenlang onder meer niet e-mailen, beperkt gebruikmaken van het internet en hadden zij geen toegang tot bestanden op de servers van de universiteit.[2]
Hyponiemen
- applicatieserver, bestandsserver, databaseserver, fileserver, gameserver, internetserver, mailserver, nieuwsserver, printserver, proxyserver, webserver
Vertalingen
1. een computer die diensten verleent aan andere programma's
Gangbaarheid
- Het woord server staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "server" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "server" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Weblink bron “Universiteit Maastricht krijgt losgeld dat in 2019 na hack betaald werd terug” (02 juli 2022), NU.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Deens
Uitspraak
Woordafbreking
- ser·ver
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | server | serveren | servere | serverne |
genitief | servers | serverens | serveres | servernes |
Zelfstandig naamwoord
server, g
Verwijzingen
- server in: Det Danske Sprog- og Litteraturselskabop website:ordnet.dk
Engels
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud |
---|---|
server | servers |
Zelfstandig naamwoord
server
Hyponiemen
- applicationserver, databaseserver, fileserver, gameserver, internetserver, mailserver, newsserver, printserver, proxyserver, webserver
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- ser·ver
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | server | serveren | servere | serverne |
genitief | servers | serverens | serveres | servernes |
Zelfstandig naamwoord
server, m
Schrijfwijzen
Synoniemen
Nynorsk
Woordafbreking
- ser·ver
Werkwoord
server
- gebiedende wijs van servere
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %
- Woorden in het Deens
- Woorden in het Deens van lengte 6
- Woorden in het Deens met audioweergave
- Woorden in het Deens met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Deens
- Informatica in het Deens
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Achtervoegsel -er in het Engels
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Informatica in het Engels
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 6
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Woorden in het Noors met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Noors
- Informatica in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 6
- Werkwoordsvorm in het Nynorsk