scurry
Uiterlijk
- Geluid: scurry (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈskʌɹ.i/, /skɜɹ.i/
- Waarschijnlijk een nevenvorm van hurry; afgeleid van de 18-eeuwse vaste uitdrukking hurry-scurry, die zelf later in onbruik is geraakt.[1]
| vervoeging | |
|---|---|
| onbepaalde wijs | to scurry |
| he/she/it | scurries |
| verleden tijd | scurried |
| voltooid deelwoord |
scurried |
| onvoltooid deelwoord |
scurrying |
| gebiedende wijs | scurry |
scurry
- onovergankelijk dribbelen
- onovergankelijk zich haasten, zich ijlen, zich spoeden, zich voortsnellen
- overgankelijk doen haasten/ijlen/voortsnellen
| enkelvoud | meervoud |
|---|---|
| scurry | scurries |
scurry
- ↑ scurry (v.), Online Etymology Dictionary