scrapen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
scrapen scrapend
scraping


Woordafbreking
  • scra·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
scrapen
scrapete
gescrapet
zwak -t volledig

Werkwoord

scrapen

  1. overgankelijk (internet) geautomatiseerd gegevens uit webpagina's halen
    • Vanaf april gaat de gemeente digitaal op boekingssites, met Airbnb als het bekendste en meest gebruikte voorbeeld, op zoek naar huizen waarbij de regels voor tijdelijke verhuur worden overtreden. Dit gaat onder meer gebeuren door te ‘scrapen’, het automatisch data verzamelen van de boekingssites, meldt persbureau ANP. [1]
    • Juridisch zitten er nogal wat haken en ogen aan scrapen, omdat je iets doet wat de eigenaar van de site niet voorzien had en niet altijd wil. [2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen