schudding

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schudding    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schud·ding

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van schudden met het achtervoegsel -ing

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	schudding	schuddingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de schudding v

1. handeling waarbij iets met kracht snel heen en weer of op en neer wordt bewogen

Vertalingen

    1. handeling waarbij iets met kracht snel heen en weer of op en neer wordt bewogen   

Afrikaans: skudding (af)

Engels: shake (en) Waals: schoyaedje (wa)

Gangbaarheid

• Het woord schudding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schudding" herkend door:

72 %	van de Nederlanders;
80 %	van de Vlamingen.