schoolpauze

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • school·pau·ze
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schoolpauze schoolpauzes
verkleinwoord schoolpauzetje schoolpauzetjes

Zelfstandig naamwoord

de schoolpauzev / m

  1. korte onderbreking van de lessen op een school zodat de leerlingen wat kunnen eten en drinken en wat frisse lucht kunnen krijgen
    • De ijsvloer is prachtig, zeker na zo'n korte vorstperiode. Peuter Ise debuteert er op loopschaatsen, oudere kinderen gebruiken hun schoolpauze om heel even te schaatsen, net als het 86-jarige erelid Anton Adrichem. "Ik schaats elke maandagochtend, maar bijna altijd op het kunstijs in Den Haag. Dit is zo veel mooier, dit is het echte werk." [1] 
    • Een blikje cola kopen tijdens je schoolpauze? Dat behoort binnenkort misschien wel tot de verleden tijd. Frisdrankproducenten willen namelijk eind 2018 stoppen met het aanbieden van suikerhoudende frisdranken op middelbare scholen. [2] 
    • Inmiddels was de schoolpauze afgelopen. De 14-jarigen vroegen de bankmanager of hij een te laat-briefje voor hen wilde schrijven. Deze bewilligde graag in het verzoek. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Tubantia J. Schmale 12 januari 2017 'Nu het vriest, moet ik even pieken'
  2. Tubantia C. Born 6 september 2017 Geen suikerhoudende frisdrank meer op school
  3. Reformatorisch Dagblad 11 juni 2014 14-jarige Canadezen bewijzen: hacken pinautomaat kinderspel