schermutseling
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schermutseling (hulp, bestand)
- IPA: /sxɛr'mɵʦəlɪŋ/
Woordafbreking
- scher·mut·se·ling
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van het verouderde werkwoord schermutselen met het achtervoegsel -ing, eventueel direct ontleend aan Duits Scharmützel, secundair met het achtervoegsel -ing [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schermutseling | schermutselingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- een kleinschalig gewapend treffen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord schermutseling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "schermutseling" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ schermutseling op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 93 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %