schermen
Uiterlijk
- scher·men
- In de betekenis van ‘vechten met degen’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
- afgeleid van scherm met het achtervoegsel -en [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schermen |
schermde |
geschermd |
zwak -d | volledig |
schermen
- (sport) volgens regels een oefengevecht houden met een blank wapen of een stok
- Zij schermen al jaren samen en zijn ondertussen erg goed geworden.
- gescherm, schermclub, schermdegen, schermer, schermhandschoen, schermmasker, schermmeester, schermschool, schermvereniging
de schermen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord scherm
- ▸ Duizenden supporters waren voor de wedstrijd naar De Kuip in Rotterdam gereisd, maar ook in Deventer zelf werd het duel nauwlettend gevolgd. Op terrassen en in kroegen in de binnenstad zagen mensen op grote schermen hoe AZ na strafschoppen werd verslagen.[3]
- Het woord schermen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schermen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "schermen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ schermen op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron “Feest barst los in Deventer na winst Go Ahead Eagles: 'We gaan Europa in!'” (22 april 2025), NOS
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Achtervoegsel -en in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Sport in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %