scheert kaal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • scheert kaal
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
kaalscheren

scheert (...) kaal

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaalscheren
    • Jij scheert kaal. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaalscheren
    • Hij scheert kaal. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kaalscheren
    • Scheert kaal! 

Gangbaarheid