schakelaar
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schakelaar (hulp, bestand)
Woordafbreking
- scha·ke·laar
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van schakelen met het achtervoegsel -aar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schakelaar | schakelaars |
verkleinwoord | schakelaartje | schakelaartjes |
Zelfstandig naamwoord
schakelaar m
- toestel om een elektrische stroomketen te sluiten of te onderbreken
Verwante begrippen
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord schakelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "schakelaar" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be