schaatscarrière
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- schaats·car·ri·è·re
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schaatsen ww en carrière zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schaatscarrière | schaatscarrières |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (sport) de loopbaan van een schaatser
- ▸ Bart Veldkamp kampte met faalangst tijdens zijn schaatscarrière. In Andere Tijden Sport bekent hij een valpartij te hebben gesimuleerd om zeker te zijn van kwalificatie.[1]
- ▸ Bloemen, die na een lange anonieme schaatscarrière in Nederland in 2014 zijn heil in Canada zocht, was op papier de belangrijkste uitdager.[2]
Gangbaarheid
- Het woord schaatscarrière staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Veldkamp valt opzettelijk, krijgt aanwijsplek en wint EK” (20-01-2018), NOS
- ↑ Weblink bron “Kramer voor derde keer op rij olympisch kampioen 5.000 meter” (1-02-2018), NOS