sat
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deens
Uitspraak
- IPA: /ˈsad/
Woordafbreking
- sat
Werkwoord
sat
- voltooid deelwoord van sætte
Nynorsk
Woordafbreking
- sat
Werkwoord
sat
- verleden tijd van sitta
Werkwoord
sat
- verleden tijd van sitte
Werkwoord
sat
- verleden tijd van sitja
Werkwoord
sat
- verleden tijd van sitje
Roemeens
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief en accusatief | sat | sate |
lidwoordsvorm | satul | satele |
datief en genitief | satului | satelor |
vocatief |
Zelfstandig naamwoord
sat o