sandwichcursus
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sandwichcursus (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsɛntwitʃˌkʏrsʏs / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- sand·wich·cur·sus
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sandwich en cursus
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sandwichcursus | sandwichcursussen |
verkleinwoord | sandwichcursusje | sandwichcursusjes |
Zelfstandig naamwoord
de sandwichcursus m
- (onderwijs) cursus bestaande uit studieperiodes afgewisseld met werk, zodat cursisten praktijkervaring kunnen opdoen
Gangbaarheid
- Het woord 'sandwichcursus' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Onderwijs in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal