samowaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sa·mo·waar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | samowaar | samowaars |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de samowaar m
- (huishouden) apparaat waarmee men thee kan zetten
- ▸ De grote samowaar die 's winters thee maakt, doet je verlangen naar een lange wandeling in de sneeuw.[2]
Schrijfwijzen
Gangbaarheid
- Het woord samowaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "samowaar" herkend door:
27 % | van de Nederlanders; |
15 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ samowaar op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Corry Hancké“Een weekeinde op de datsja” (22/07/2016), De Standaard
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Huishouden in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 27 %
- Prevalentie Vlaanderen 15 %