sambreel

Uit WikiWoordenboek

Afrikaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • sam·breel
enkelvoud meervoud
naamwoord sambreel sambrele

Zelfstandig naamwoord

sambreel

  1. paraplu
  2. parasol
    «Op die strand sit die ouer mense onder sambrele
    Op het strand zitten de oudere mensen onder parasols.