ruimt puin
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ruimt puin (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrœymt ˈpœyn / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- ruimt puin
Woordherkomst en -opbouw
- uit ruimt (werkwoord) en puin (zelfstandig naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
puinruimen |
ruimt (…) puin
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van puinruimen
- Jij ruimt puin.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van puinruimen
- Hij ruimt puin.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van puinruimen
- Ruimt puin!
Gangbaarheid
- Het woord ruimt puin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.