rubberboot
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands


Uitspraak
- Geluid: rubberboot (hulp, bestand)
Woordafbreking
- rub·ber·boot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rubber en boot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rubberboot | rubberboten |
verkleinwoord | rubberbootje | rubberbootjes |
Zelfstandig naamwoord
- boot van rubber met luchtkamers die zorgen voor het drijfvermogen
- Ze hebben het overleefd. Vier Afrikaanse migranten die vrijdag met honderd lotgenoten werden opgepikt van een overvolle rubberboot ten noorden van de Libische kustplaats Sabratha. De reddingsoperatie op de Middellandse Zee, 24 zeemijlen voor de kust, werd uitgevoerd door een schip van de Spaanse ngo Proactiva Open Arms. Nu wacht de overtocht naar vermoedelijk Italië, waar bepaald moet worden of de vier in aanmerking komen voor een vluchtelingenstatus. [2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord rubberboot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "rubberboot" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Wilmer Heck 27 januari 2017
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be