rozenhoedje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rozenhoedje (hulp, bestand)
- IPA: /rozə'nucə/
Woordafbreking
- ro·zen·hoed·je
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van roos en hoedje met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | rozenhoedje | rozenhoedjes |
Zelfstandig naamwoord
het rozenhoedje o dim. tant.
- het éénmaal doorlopen van een rozenkrans dus 5 maal het bidden van een Onzevader en 50 maal het bidden van een Weesgegroet
- De haastige man bad een rozenhoedje in plaats van een rozenkrans
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord rozenhoedje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Invoegsel -en- in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandig verkleinwoord
- Woordenlijst Nederlandse Taal