rotte op

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rot·te op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
oprotten

rotte op

  1. enkelvoud verleden tijd van oprotten
    • Ik rotte op. 
    • Jij rotte op. 
    • Hij, zij, het rotte op. 
  2. aanvoegende wijs van oprotten


Gangbaarheid