roodgekleurd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rood·ge·kleurd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rood en gekleurd
stellend | |
---|---|
onverbogen | roodgekleurd |
verbogen | roodgekleurde |
partitief | roodgekleurds |
Bijvoeglijk naamwoord
roodgekleurd
- met een rode kleur
- De wegen krijgen roodgekleurde fietssuggestiestroken.
Gangbaarheid
- Het woord roodgekleurd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.