rolvormig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rol·vor·mig
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen rolvormig rolvormiger rolvormigst
verbogen rolvormige rolvormigere rolvormigste
partitief rolvormigs rolvormigers -

Bijvoeglijk naamwoord

rolvormig

  1. vorm van een rol hebbend
    • De hals is gevormd als een rol of ronde zuil, - hij is cilinder- of rolvormig. De romp is ook tamelijk rolvormig, doch van voren en van achteren een beetje plat. 

Gangbaarheid

80 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be