roeibank

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

roeibank
Uitspraak
Woordafbreking
  • roei·bank
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord roeibank roeibanken
verkleinwoord roeibankje roeibankjes

Zelfstandig naamwoord

de roeibankv / m

  1. dwarsscheepse houten plank waarop een of twee roeiers zitten tijdens het roeien van een roeiboot
    • Het 23 meter lange schip ligt op zijn kant en is compleet met mast, roeibanken en roeren. De binnenkant van het schip is met slib bedekt, waardoor onduidelijk is of het lading vervoerde. [2] 
    • Op de roeibank gebeurt het meest. De fysieke inspanning schakelt mijn alledaagse gedachten uit en zorgt ervoor dat essentiële ideeën concreter worden. De roeibank is een onmisbaar apparaat voor mijn schrijven.” [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
79 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen