rijksstad

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rijks·stad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rijksstad rijkssteden
verkleinwoord rijksstadje rijksstadjes

Zelfstandig naamwoord

rijksstad v/m [1]

  1. een onafhankelijke stad in het Heilige Roomse Rijk. Deze steden vielen direct onder de keizer en niet onder een bepaalde vorst.
    • Wolfgang Capito werd omstreeks 1478 geboren in de toen nog Duitse rijksstad Hagenau, noordelijk van Straatsburg. [2] 
    • In deze Duitse rijksstad speelde zich in 1415/16 het drama af van Jan Hus en Hieronymus van Praag, de Tsjechische voorlopers van de Hervorming. [3] 

Gangbaarheid

74 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad dr. Harm Veldman 13-01-2017 Wolfgang Capito: van smidszoon tot hervormer
  3. Reformatorisch Dagblad dr. Harm Veldman 05-05-2017 [https://www.rd.nl/kerk-religie/margarete-blarer-een-diacones-in-konstanz-1.1398843 Margarete Blarer: een diacones in Konstanz]
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be