rijdt paard
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rijdt paard (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɛit ˈpart / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- rijdt paard
Woordherkomst en -opbouw
- uit rijdt (werkwoord) en paard (zelfstandig naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
paardrijden |
rijdt (…) paard
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paardrijden
- Jij rijdt paard.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paardrijden
- Hij rijdt paard.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van paardrijden
- Rijdt paard!
Gangbaarheid
- Het woord rijdt paard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.