rezagar
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- re·za·gar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
rezagar |
rezagaba |
rezagado |
volledig |
Werkwoord
rezagar
- overgankelijk achter zich laten
- uitstellen
Verwante begrippen
Synoniemen
- [2] aplazar
Verwijzingen
- rezagar in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española