reprorecht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: reprorecht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·pro·recht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van een afkorting van reproduceren en recht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | reprorecht | reprorechten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het reprorecht o
- (juridisch) het recht van de auteur of andere rechthebbende van een werk letterkunde of kunst om als enige dit werk te reproduceren of te laten reproduceren
- De nabestaanden van een auteur hebben tot 70 jaar na de dood van de auteur het reprorecht.
- Het reprorechtt is een exploitatierecht.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord reprorecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.