repetitors
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: repetitors (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·pe·ti·tors
Zelfstandig naamwoord
de repetitors mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord repetitor
Gangbaarheid
- Het woord repetitors staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.