renteschuld

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  renteschuld    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ren·te·schuld

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  rente zn  en  schuld zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	renteschuld	renteschulden
verkleinwoord	renteschuldje	renteschuldjes

Zelfstandig naamwoord

de renteschuld v / m

1. schuld die bestaat uit nog niet betaalde rente

   ▸ Het deel dat nu is afgelost, was een renteschuld op een buitenlandse obligatie. Die moest eigenlijk 23 september worden betaald. Toen dat niet gebeurde, ging een periode van 30 dagen respijt in. De deadline daarvan was dus dit weekend.

   ▸ Cuba heeft afspraken met zijn buitenlandse geldschieters gemaakt over zijn achterstallige rentebetalingen. Cuba hoeft de renteschuld van 7,75 miljard dollar niet terug te betalen als het de komende achttien jaar 2,37 miljard euro aan leningen afbetaalt.

Gangbaarheid

• Het woord 'renteschuld' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.