regeringsdeelname
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·ge·rings·deel·na·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | regeringsdeelname | regeringsdeelnamen regeringsdeelnames |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (politiek) het deelnemen van een politieke partij aan een regeringscoalitie
- ▸ In aanloop naar de verkiezingen kunnen kijkers/lezers/luisteraars vragen stellen aan lijsttrekkers. Vandaag was Thierry Baudet van Forum voor Democratie aan de beurt. Hij ging onder meer in op het coronabeleid, eventuele regeringsdeelname en zijn rol als outsider.[1]
- ▸ Mensen die overwegen om op de SP te stemmen, hoeven niet bang te zijn dat de partij uiteindelijk zal terugdeinzen voor regeringsdeelname. Dat zei Lilian Marijnissen nadat ze door de partijraad, die bestaat uit de afdelingsvoorzitters, was gekozen tot lijsttrekker van de SP voor de Tweede Kamerverkiezingen. Ze was de enige kandidaat.[2]
Gangbaarheid
- Het woord regeringsdeelname staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Baudet in Facebook-Q & A: de maatregelen zijn absurd, totaal niet in proportie” (Maandag 1 maart 2021, 11:04), NOS
- ↑ Weblink bron “Marijnissen gekozen tot lijsttrekker SP: 'Deze keer pakken we kans om te regeren'” (Zaterdag 20 juni 2020, 12:31), NOS