reed achterna

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • reed ach·ter·na
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
achternarijden

reed achterna

  1. enkelvoud verleden tijd van achternarijden
    • Ik reed achterna. 
    • Jij reed achterna. 
    • Hij, zij, het reed achterna. 


Gangbaarheid