redplank

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • red·plank
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord redplank redplanken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de redplankv / m

  1. breed plat hulpmiddel waarmee men mensen of dieren die door het ijs gezakt zijn kan redden
     Op een zogeheten redplank, gezekerd met een lang touw, schoven twee brandweermannen stapje voor stapje over de ijsplaat richting het dier in nood.[1]

Gangbaarheid

30 % van de Nederlanders;
53 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Brandweer redt door ijs gezakt reetje in Beuningen” (12-01-2017), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be