rechterhand
Uiterlijk
- Geluid: rechterhand (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɛxtərˌhɑnt / (3 lettergrepen)
- rech·ter·hand
- samenstelling van rechter bn en hand zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rechterhand | rechterhanden |
verkleinwoord | rechterhandje | rechterhandjes |
- (anatomie) de hand aan de overzijde van waar zich in het lichaam gewoonlijk het hart bevindt
- De meeste mensen schrijven met hun rechterhand.
- een assistent van een persoon.
- [1] linkerhand
1. de hand aan de overzijde van waar zich in het lichaam gewoonlijk het hart bevindt
- Het woord rechterhand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rechterhand" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bezieldheid: niet geanimeerd
- Metadomein: fysiek
- Anatomie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %