raskat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ras·kat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord raskat raskatten
verkleinwoord raskatje raskatjes

Zelfstandig naamwoord

de raskatv / m

  1. een kat die qua uiterlijk en gedrag, tezamen de eigenschappen, aan een welbepaalde omschrijving van een welbepaald ras voldoet en als zodanig erkend door organisaties voor raskatten (Fokkers) in een bepaald land
    • ,,Een mirakel", zo noemt de Belgische Chloé Noorbergen de relatief goede afloop van een val van de elfde verdieping van haar kat Marley. De Maine Coone-raskat van anderhalf jaar oud stortte neer op de stoep en kwam er vanaf met een verbrijzelde achterpoot. [1] 
    • De huiskat van een familie uit Zoetermeer mag bij zijn baasjes blijven wonen. Een deurwaarderskantoor liet eerder weten het dier te gaan veilen bij een executieverkoop, omdat de raskat honderden euro’s kon opbrengen. De veiling van het dier is nu afgelast. [2] 
    • Het baasje van een dure raskat was 'geschokt', zei de techredacteur nog. Kon iedereen dan zo zijn lieveling kidnappen? Antwoord van de techredacteur: "Dat zou kunnen." [3] 

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen