rømme

Niet te verwarren met: rømme seg

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɾœmə/

Woordafbreking

• røm·me

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van het Oudnoorse woord rýma.

vervoeging
onbepaalde wijs	rømme
tegenwoordige tijd	rømmer
verleden tijd	rømte
voltooid deelwoord	rømt
onvoltooid deelwoord	rømmende
lijdende vorm	rømmes
gebiedende wijs	røm
vervoegingsklasse	Klasse 2 zwak
opmerking

Werkwoord

rømme

1. overgankelijk verlaten, vlieden, vluchten
2. onovergankelijk vlieden, ontsnappen, vluchten

Uitdrukkingen en gezegden

• [1]: rømme byen

de stad verlaten

• [2]: rømme fra fengselet

uit de gevangenis ontsnappen

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɾœmə/

Woordafbreking

• røm·me

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van het Oudnoorse woord rýma.

vervoeging
onbepaalde wijs	rømme rømma
tegenwoordige tijd	rømmer
verleden tijd	rømde (bijvorm) rømte
voltooid deelwoord	rømt (bijvorm) rømd
onvoltooid deelwoord	rømmande
lijdende vorm	rømmast
gebiedende wijs	røm
vervoegingsklasse	Klasse 2 zwak
opmerking

Werkwoord

rømme

1. overgankelijk verlaten, vlieden, vluchten
2. onovergankelijk vlieden, ontsnappen, vluchten

Schrijfwijzen

• (bijvorm) røme

Uitdrukkingen en gezegden

• [1]: rømme byen

de stad verlaten

• [2]: rømme frå fengselet

uit de gevangenis ontsnappen