protegeerde
Uiterlijk
- Geluid: protegeerde (hulp, bestand)
- pro·te·geer·de
vervoeging van |
---|
protegeren |
protegeerde
- enkelvoud verleden tijd van protegeren
- Ik protegeerde.
- Jij protegeerde.
- Hij, zij, het protegeerde.
- Ik protegeerde.
- Het woord protegeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.