proefbuis

Uit WikiWoordenboek
1. Twee proefbuizen in een rekje.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • proef·buis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord proefbuis proefbuizen
verkleinwoord proefbuisje proefbuisjes

Zelfstandig naamwoord

de proefbuisv / m

  1. (scheikunde) verticale cilinder van dun glas, aan de bovenkant open en met een bodem aan de onderkant, zoals die wordt gebruikt bij experimenten in de natuurwetenschappen
    • Enkele weken later kregen ze een minuscule proefbuis toegestuurd met een stipje DNA, waarop al hun informatie stond.  [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen