privatisering

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pri·va·ti·se·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord privatisering privatiseringen
verkleinwoord privatiserinkje privatiserinkjes

Zelfstandig naamwoord

de privatiseringv

  1. (politiek) het overlaten van overheidstaken aan het bedrijfsleven en/of particulieren
    • privatisering komt er vaak op neer dat een beperkt aantal particulieren hun zakken kunnen vullen met gemeenschapsgeld 
    • Privatisering wordt wereldwijd weer volop teruggedraaid. [1] 
    • Hoe de privatisering van het grootste Britse waterbedrijf, Thames Water, totaal mislukte (en er nu een crisis dreigt).
      The Times wijst op een weeffout in de privatisering. In een branche waarin concurrentie niet of nauwelijks bestaat, werkt verzelfstandiging – zonder strikte controle – kaalplukken in de hand. [2]
       
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen