prepositief

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  prepositief    (hulp, bestand)
• IPA: /preposi'tif/

Woordafbreking

• pre·po·si·tief

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van prepositie met het achtervoegsel -ief

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	prepositief	prepositieven
verkleinwoord	prepositiefje	prepositiefjes

Zelfstandig naamwoord

prepositief m

1. (grammatica) een naamval die enkel na een voorzetsel voorkomt in talen als Russisch en Pasjtoe

   • De Russische prepositief stamt voor een deel van de locatief af. 

Synoniemen

• prepositionalis

Gangbaarheid

• Het woord 'prepositief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.