preponderant
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pre·pon·de·rant
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse prépondérant (met het voorvoegsel pre-) [1] [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | preponderant | preponderanter | preponderantst |
verbogen | preponderante | preponderantere | preponderantste |
Bijvoeglijk naamwoord
preponderant
- overwegend, doorslaggevend
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'preponderant' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.