prefabhuis

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pre·fab·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord prefabhuis prefabhuizen
verkleinwoord prefabhuisje prefabhuisjes

Zelfstandig naamwoord

het prefabhuiso

  1. een huis dat grotendeels in een fabriek is gemaakt en op de bouwplaats alleen maar hoeft te worden gemonteerd
     In drie maanden kun je hoogstens zo'n plastic prefabhuis bouwen.[1]
     Prefabwoningen worden steeds populairder en zijn relatief goedkoop. De elementen van deze catalogus-woningen worden in een fabriek gemaakt, waarna ze op de bouwplaats in elkaar worden gezet. Een prefabhuis is verkrijgbaar vanaf zo'n 55.000 euro. Voor dat geld heb je een starterswoning met drie slaapkamers.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact op Wikipedia, ISBN 9789045024875
  2. Bronlink geraadpleegd op 22 april 2022 Weblink bron
    Rebecca van Dam
    “Hier kun je tegenwoordig nog wonen voor anderhalve ton” (25-11-2019), NOS