potver

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pot·ver
Woordherkomst en -opbouw

Tussenwerpsel

potver

  1. (krachtterm) om ergernis uit te drukken
     Maar niemand die op een verjaardag tegen een raadslid zegt: welke kaders heb jij nu gesteld rond nieuwbouw? Burgers zeggen: potver, nu zit er weer een gat in de weg.[3]
Afgeleide begrippen
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen