pootte
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- poot·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
poten |
pootte
- enkelvoud verleden tijd van poten
- Ik pootte.
- Jij pootte.
- Hij, zij, het pootte.
- Ik pootte.