ponsoen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ponsoen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• pon·soen

Woordherkomst en -opbouw

• van Frans poinçon

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ponsoen	ponsoenen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de ponsoen m

1. stempel met een lettervorm erin
2. keurstempel
3. stalen graveerstift met knopvormig einde, dat bezet is met scherpe puntjes

Gangbaarheid

• Het woord ponsoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ponsoen" herkend door:

7 %	van de Nederlanders;
7 %	van de Vlamingen.