polytheen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·ly·theen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | polytheen | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het polytheen o
- elastische kunststof, verkregen door polymerisatie van etheen eigenlijke naam dus polyetheen of polyethyleen
Vertalingen
stellend | |
---|---|
onverbogen | polytheen |
verbogen |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
polytheen
- gemaakt van polytheen
Gangbaarheid
- Het woord polytheen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "polytheen" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel poly- in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Niet met deze vorm in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 81 %
- Prevalentie Vlaanderen 77 %