polygamie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·ly·ga·mie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | polygamie | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- samenleving van mens of dier met meer dan één partner
Hyponiemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord polygamie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "polygamie" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be