plunjezak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

soldaten met plunjezak voor zicht
Uitspraak
Woordafbreking
  • plun·je·zak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord plunjezak plunjezakken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de plunjezakm

  1. stevige cilindervormige, grove zak waarin soldaten, matrozen, vissers e.d. hun bagage meenemen
    • Ze zei tegen de moeder van het pasgeboren meisje dat die zich moest gaan douchen, omdat ze straks door de dokter zou worden onderzocht. Toen de moeder de kamer uit was, deed de vrouw de baby in een plunjezak en liep naar de uitgang. Omdat er sensors aan de baby waren bevestigd, ging het alarm af. Het ziekenhuispersoneel greep meteen in en hield de vrouw staande. [3] 
    • De politie van Los Angeles heeft dinsdag wapens en drugs gevonden bij de woning van C. B., waar agenten in afwachting zijn van een huiszoekingsbevel. De zanger gooide de spullen in een plunjezak uit het raam, meldt TMZ. De politie kwam op het huis van de zanger af nadat een vrouw het alarmnummer 911 had gebeld en beweerde dat C. B. haar had bedreigd met een vuurwapen. De politie arriveerde om 3.00 uur in de nacht bij zijn woning. [4] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen

  1. plunjezak op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. de Standaard 07/augustus/2012 gjs
  4. Tubantia 11-januari-17,
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be