plemp

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • plemp

Werkwoord

vervoeging van
plempen

plemp

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plempen
    • Ik plemp. 
  2. gebiedende wijs van plempen
    • Plemp! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plempen
    • Plemp je? 

Gangbaarheid

59 % van de Nederlanders;
14 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be